De Vlaamse regering heeft recent beslist om het huidig systeem van garanties van oorsprong voor elektriciteit uit hernieuwbare energiebronnen of kwalitatieve WKK uit te breiden. Gas, warmte en koude van hernieuwbare oorsprong worden binnenkort opgenomen in het bestaande registratiesysteem. Dit is een rechtstreeks gevolg van een nieuwe Europese richtlijn.
Huidige situatie
Biogasinstallaties die elektriciteit produceren uit biogas, krijgen vandaag garanties van oorsprong (GO’s) voor de hoeveelheid geproduceerde hernieuwbare elektriciteit. De aanvraag voor GO’s wordt automatisch verwerkt bij de aanvraag voor groenestroomcertficaten. De GO’s worden maandelijkse uitgereikt per schijf van 1 MWh netto-geproduceerde elektriciteit. De GO’s worden toegekend door de VREG. De maandelijkse berekening van het aantal GO’s waarop een productie-installatie recht heeft, wordt uitgevoerd door het VEA.
Voor hernieuwbare elektriciteit die op het openbaar elektriciteitsnet wordt geïnjecteerd worden bruikbare GO’s uitgereikt. Deze kunnen verhandeld worden en dienen om de oorsprong van de elektriciteit, die wordt verbruikt op een andere locatie dan die van de productie-installatie, aan te tonen. Zo mogen elektriciteitsleveranciers enkele ‘groene’ stroom te koop aanbieden, als ze de overeenstemmende hoeveelheid GO’s als bewijsstuk kunnen voorleggen. Dit kan ook aangetoond worden met GO’s niet afkomstig uit het Vlaamse gewest.
Wanneer de opgewekte hernieuwbare elektriciteit niet op het elektriciteitsnet wordt gezet, maar ter plaatse wordt verbruikt of via een directe lijn naar een eindafnemer wordt getransporteerd, worden GO’s uitgereikt die gemarkeerd worden als ‘ter plaatse verbruikt’. Deze GO’s kunnen dus niet gebruikt worden voor het staven van de herkomst van een elektriciteitslevering op een andere locatie dan de productie-installatie. Wel kan er met deze GO’s aangetoond worden dat de hoeveelheid energie die ter plaatse wordt gebruikt, afkomstig is van hernieuwbare bronnen.
Meer info: Energiebesluit artikel 6.2/3.
Uitbreiding registratiesysteem
Eind vorig jaar werd een nieuwe Europese richtlijn tot de bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare energiebronnen (REDII) goedgekeurd. In deze nieuwe richtlijn wordt voorzien dat lidstaten niet enkel GO’s uitreiken voor hernieuwbare elektriciteit, maar ook voor andere hernieuwbare energievormen zoals gas, warmte en koude.
Voor de implementatie van deze uitbreiding van GO’s werd achtereenvolgens het Energiedecreet en –besluit aangepast, omdat de huidige bepalingen in het Energiedecreet en –besluit eerder summier zijn. Voor een groot deel van de regels kon immers doorverwezen worden naar de regels die van toepassing zijn voor de aanvraag, behandeling, meting, bepaling en controle van de productie in het kader van de toekenning van groenestroom- en warmtekrachtcertificaten. Omdat voor hernieuwbare warmte, koude of gas dergelijk certificatensysteem niet bestaat, is het wettelijk kader voor GO’s sterk uitgebreid. In de nieuwe regeling zal een productiecoördinator de GO’s toekennen, op basis van de berekeningen uitgevoerd door een productieregistrator. De productieregistrator verschilt per energievorm. De GO’s zijn uitwisselbaar tussen de verschillende energievormen, en in theorie ook tussen verschillende landen.
Toekenning GO's
De VREG, die reeds bevoegd is voor de toekenning voor GO’s voor hernieuwbare elektriciteit of elektriciteit afkomstig van kwalitatieve WKK, wordt aangesteld als productiecoördinator. De productiecoördinator zal vanaf nu GO’s toekennen voor de netto-energie die geproduceerd is uit hernieuwbare bronnen of voor elektriciteit uit kwalitatieve WKK. Dit is van toepassing voor energie die op een net wordt geïnjecteerd, hetzij een warmtenet, elektriciteitsnet, of een gasnet. GO’s voor gas zullen ook uitgereikt worden wanneer het gas niet geïnjecteerd wordt, maar fysiek via een distributiesysteem wordt overgedragen, zoals bij het transport van bio-LNG.
Voor de verschillende energiebronnen wordt telkens een productieregistrator aangesteld, die de aanvraag tot toekenning van GO’s behandelt en de hoeveelheid elektriciteit, gas, warmte of koude, die een installatie produceert, registreert en controleert.
- VEA:
- de productie van elektriciteit uit hernieuwbare energiebronnen en WKK, met uitzondering van de productie van elektriciteit uit zonne-energie
- de productie van warmte en koude uit hernieuwbare energiebronnen
- Elektriciteitsdistributienetbeheerder (Fluvius):
- de productie van elektriciteit uit zonne-energie
- De aardgasvervoerder (Fluxys)
- gas uit hernieuwbare bronnen
Het aanvraagdossier voor de toekenning van GO’s wordt bij de bevoegde productieregistrator ingediend. Enkel installaties met een elektrisch nominaal vermogen van meer dan 10 kWe komen in aanmerking. Voor biogasinstallaties met een WKK betekent dit bij het VEA voor de aanvraag van GO’s voor de productie van hernieuwbare elektriciteit en warmte. Er hoeft geen aparte aanvraag voor hernieuwbare elektriciteit gedaan worden als er reeds een aanvraag voor groenestroomcertificaten is opgestart. De toekenning van GO’s zal gelijktijdig starten met de toekenning van GSC’s. Voor biomethaaninstallaties moet de aanvraag gebeuren bij de aardgasvervoerder.
Maandelijks zal de productieregistrator de energieproductie uit hernieuwbare bronnen berekenen op basis van de aangeleverde rapporteringen en metingen. Garanties van oorsprong worden enkel toegekend aan de netto-geproduceerde energie. De geproduceerde energie wordt dus verminderd met de gemeten energieafname of equivalente energieafname van de utiliteitsvoorzieningen van de productie-installatie. De berekeningsmethode wordt door de productieregistrator zelf vastgelegd en goedgekeurd door de VREG. De productieregistrator heeft de keuze om bijkomende of andere metingen te laten uitvoeren om de netto geproduceerde energie te bepalen. De productieregistrator heeft, na goedkeuring van de productiecoördinator, ook het recht extra reglementering op te leggen over de uitvoering van de metingen. Elke productieregistrator zal op zijn website duidelijke informatie aanbieden over de aanvraagprocedure en de berekeningswijze voor GO’s. Zowel de aanvrager als de VREG worden op de hoogte gebracht van het resultaat van de berekening, waarbij het resultaat naar beneden wordt afgerond tot 1 MWh. Het residu wordt door de productieregistrator meegenomen naar de volgende maand. De productieregistrator is gemachtigd om op elk moment de productie-installatie te controleren om na te gaan of de energie die opgewekt wordt, wel degelijk afkomstig is uit hernieuwbare energiebronnen. Daarnaast kan de productieregistrator ook de correctheid van de metingen controleren met de werkelijke situatie, alsook de correctheid van het keuringsverslag. Indien de productieregistrator tot de vaststelling komt dat er GO’s onterecht zijn toegekend, kunnen deze met terugwerkende kracht teruggevorderd of gewijzigd worden.
De toegekende GO’s moeten minstens volgende informatie bevatten:
- Gebruikte energiebron
- Begin- en einddatum van de productie
- Energiedrager waar de GO betrekking op heeft:
- elektriciteit
- gas, met vermelding chemische samenstelling
- warmte of koude, met vermelding chemische samenstelling en de aggregatietoestand
- De identiteit, de locatie, het type en de capaciteit van de productie-installatie
- Type steunregeling
- Datum indienstname
- Datum en land van afgifte, vermelding regio of gewest
- Unieke ID-nummer
- Vermelding status GO: ingeleverd of niet, vervallen of niet
De productie van elektriciteit in een productie-installatie dat gevoed wordt door gas, komt in aanmerking voor de toekenning van GO’s voor hernieuwbare elektriciteit, op voorwaarde dat een hoeveelheid gas garanties van oorsprong voor gas uit hernieuwbare energiebronnen kan voorgelegd worden, met dezelfde chemische samenstelling en dezelfde hoeveelheid als het gas dat gevoed wordt aan de productie-installatie. Hetzelfde is van toepassing voor:
- elektriciteit opgewekt uit hernieuwbare warmte of koude
- gas opgewekt uit elektriciteit of een ander gas
- koude of warmte opgewekt uit elektriciteit of gas
Het aantonen van het groene karakter van de energiestromen die ontstaan na de valorisatie van biogas, kan dus eenvoudig door het converteren van een equivalent aantal GO’s.
Verhandelen van GO's
De GO’s die toegekend worden aan een productie-installaties kunnen verhandeld, geëxporteerd of ingeleverd worden. Elke energieleverancier is verplicht de herkomst van de hernieuwbare energie die ze aanbieden, te kunnen staven met een GO. Maandelijks zal de VREG een rapport publiceren met daarin cijfers over het aantal toegekende GO’s per energiebron en technologie, het aantal verhandelde GO’s en de gemiddelde prijs, het aantal ingeleverde en vervallen GO’s, en het aantal geïmporteerde en geëxporteerde GO’s.
Bij biogasinstallaties is het gebruikelijk dat de opgewekte hernieuwbare elektriciteit en warmte ter plekke wordt gebruikt of direct wordt toegewezen aan een welbepaalde afnemer. Dit kan van toepassing zijn bij een directe lijn of leiding. Deze energie wordt dus niet altijd op een net gezet met meerder afnemers. Hiervoor kunnen geen verhandelbare GO’s toegekend worden. Op vraag van de aanvrager kan de productieregistrator ook deze hoeveelheid energie registreren en GO’s uitleveren die evenwel niet verhandelbaar of inleverbaar zijn. Deze GO’s kunnen door de aanvrager enkel gebruikt worden op de site het hernieuwbare karakter van de gebruikte energie aan te tonen.
Meer info over de inhoud van het aanvraagdossier: Energiebesluit art 6.2/3.1/ §2
Meer info over toekenningsvoorwaarden: Energiebesluit art 6.2/3.3/ §2
GO’s afkomstig uit een ander gewest, uit een ander land van de Europese Economische Ruimte of uit een land waarmee de Europese Unie een overeenkomst heeft gesloten over de wederzijdse erkenning van GO’s, kunnen in Vlaanderen ingevoerd worden en gebruikt worden om de herkomst van de geleverde energie te staven. Op termijn kunnen dus GO’s van biomethaan uit andere landen ingevoerd worden in Vlaanderen.